Santiago de Chile, Chili, 29 januari 2010
Excuus voor mijn late berichtgeving!
Zes weken geleden ben ik in het vliegtuig gestapt. Met niet meer op zak als wat geld, kleren en een heftige verliefdheid in m’n hoofd. En nu? Nu, leef ik samen met Diana in een piepklein apartementje, samen op pad naar familie ver weg in de provincie, overnachten zoals met Oud & Nieuw in van die typische kleine boerderijtjes of in dorpjes die bestaan uit een plein, kerk, kroeg, eet- en drinkstalletjes, straatverkopers van kauwgom tot minuten mobiel bellen en wat straten daarom heen.
Dit is een intense tijd. Niet alleen vanwege bijna 24 uur per dag samen maar vooral ook de passie en temperament van het leven hier. Het lijkt wel alsof Medellin vooral vooruit wil kijken en het geweldsverleden achter zich wil laten door de enorme bedrijvigheid en positieve houding. Bedelen zie je hier vrijwel niet. 60% van de bevolking werkt in de informele economie (geen arbeidscontract maar straat bedrijvigheid). Geen geld? Van wat je hebt koop je wat in de supermarkt en verkoop je dat in de bussen of op straat per stuk met een opslag van centen.
Het is even wennen zonder eigen vervoer. Verplaatsen doe ik meestal per bus en metro voor een paar kwartjes. De bus overdag is geweldig. Vooral als ik een plaatsje heb weten te bemachtigen op het platje naast de chauffeur. Altijd een vrolijke verbazing bij de chauffeur, ‘een gringo?, met de bus’, ‘loco, loco’. ‘Het moet niet gekker worden’ hoor ik ze denken. Doordat de grote, brede straten wat rustiger zijn als tijdens de piekuren gaat het gas er vol op. Hand opsteken langs de weg is voldoende om hen te laten stoppen. Alhoewel als ik alleen ben is het nauwelijk stoppen te noemen. Een voet op de tree en gaan. Je slingert naar binnen, stopt 1400 pesos in de chauffeur’s hand en via een railing aan het plafond zoek je al slingerend een plekje.
Marktwerking heb je hier overal. Voor iedere mogelijke klant gaat de bus volop in de remmen om vervolgens weer als eerste bij de volgende opgestoken hand proberen te zijn. Ondertussen blaast de salsa uit de speakers. Ramen en deuren open. Ik het al twee keer zien regenen de afgelopen tijd. Vanwege tropische stormen in de Caribean blijft het hier droog en warm. De temperatuur loopt overdag op naar rond de 33 graden waardoor het in de avond nog zo’n 24 graden blijft.
Marktwerking ook in de zorg. Sinds ik onderuit ben gegaan in de regen in Quito (Ecuador) heb ik af en toe pijn in m’n rechterschouder. Misschien door de rust van de pauze hier, maar het werd erger. Slapen over rechts is uitgesloten door de pijn. Via via zoek ik ziekenhuizen met een goede reputatie Vervolgens belt mijn lief voor de prijs van een rontgen foto. Zo kom ik terecht bij de Congegration Mariana. Voor omgerekend 30 dollar maken ze wat foto’s en krijg ik een brief van de radioloog mee. Geen afspraak, geen verwijsbrief, gewoon binnen lopen, cash betalen, even wachten en in een plastic tasje met opdruk krijg je de foto’s en brief mee. Geen discussie over privacy van je eigen medische gegevens. Overigens geen bijzonderheden maar een lichte soort ontsteking. Zalfje in (laten, yeah) masseren en de tijd zal het helen.
De pauze in de roadtrip geeft me ook de gelegenheid de afgelopen tijd te overdenken en de plannen voor de finale te maken. Als het me gegeven is, God, gezondheid, motor en geld, wil ik met de motor eindigen in Colombia. Verliefd op mijn lief, het land, de bevolking en de stad. Onzeker is nog hoever zuidelijk ik wil gaan in Chili en Argentinie. Doorgaan naar de meest zuidelijk gelegen stad, Ushuaia, of ergens in het zuiden de koers zuid afkappen en dan via Buenos Aires langs de oostkust van Zuid Amerika omhoog naar Colombia. Wellicht dat het antwoord mede afhangt van mede reizigers. Marcus (Canada) hangt ergens rond halverwege en ik zou supergraag weer met hem oprijden. Uit Santiago zal ik waarchijnlijk vertrekken met August (USA) op zijn Suzuki offroad. Met hem heb ik eerder opgereden in Bolivia, van Potosi naar Uyuni, de eerste 200 van 800 km off road.
Pauze tijd ook om wat mail weg te werken. Sorry voor mijn late beantwoording hier en daar. Mail is soms ook een bron van verwondering. Via de website krijg ik formulieren toegestuurd vanuit Italie, Griekenland, Rusland en Indonesie. Of mail van een Poolse bioloog die me heeft gespot op de hoogvlaktes in het zuiden van Bolivia. Zonder arrogant te willen overkomen is de mail van Markus (Duitsland) die ik met zijn vrouw Patricia in Lima heb ontmoet het gaafst. Ik had hen ontmoet twee dagen na de diefstal daar en een dag nadat de bankautomaat mijn pasje had ingeslikt. Nogal in een dip. Zij zijn nu met hun Ural met zijspan op de grens van Argentine en Brazilie en vragen zich af hoe het is e.d. Zij eindigen hun mail met een opmerking over de reizigers die zij onderweg ontmoeten ‘… everybody seems to know you …’. Yeah.
Diana heeft voor mij dat mini apartementje gehuurd. Na twee dagen trekt ze echter al bij me in. De daarop volgende weken zijn we alle dagen 24 uur per dag samen. Heftig. Haar Zuid Amerikaanse temperament is even wennen. Op een vrijdagavond vallen er wat woorden die me niet aanstaan. Ik verdwijn alleen in de nacht. Niet handig en verstandig daar waar ik de wijk en de mensen niet ken. De volgende dag zet ze me uit haar appartement en haar leven. Althans bijna. Ook een kroegruzie waar we niets mee te maken hebben levert forse discussie op. De tafels en stoelen vliegen in het rond. Ik wil er tussen springen en de bediening een handje helpen. Uit alle macht sleept ze me daar uit. Ben niet gewend aan een cultuur waar erg makkelijk messen en pistolen worden getrokken. Of ik me daar vooral maar niet mee wil bemoeien voordat het zover komt …. ‘No es tu problema!’ Inderdaad, alles behalve mijn probleem. Zeg maar dat we wat cultuurverschillen hebben weg te werken.
Na vijf weken samen is afscheid buitengewoon emotioneel. De finale van de roadtrip zal dus de weg terug zijn naar haar en Colombia, via de oostkust van Zuid-Amerika en met El Libertador.
De terugweg vanuit Medellin verloopt niet soepel. Een vliegtuigmotor wil niet starten en na een forse vertraging land ik in Panama. Richting Santiago duurt nog even en dus word ik voor de duur van een dag ondergebracht in een vijfsterren hotel in Panama Stad. Voor het eerst sinds vijf weken warm water. In plaats van vroeg in de avond arriveer ik in Santiago om vijf uur in de ochtend. Terug bij La Casa Roja, het hostal waar de motor staat. La Casa Roja klinkt als ‘red light district’, maar het prachtige antieke pand in de binnenstad is simpelweg altijd rood van buiten geweest. August had me vroeg in de avond terug verwacht. Een klein gezelschap rond August en Simon de eigenaar hangt nog rond in de bar. Als ik binnenval om zes uur in de ochtend gaat een nieuwe fles Havana Club open om mijn veilige terugkomst te vieren. Alsof dat alleen al niet geweldig is, heeft August ook nog een kaartje voor Metallica voor me geregeld. Een openlucht concert die avond in Santiago de Chile. Diana achter laten wil ik niet meer, maar terug komen in La Casa Roja doet goed na alle heftige emoties.